Ooh dennenboom
400e boom van dit plantseizoen:
Na kerst sleepte menig grote en kleine Vlaardinger de kerstboom naar een van de inleverplekken van de gemeente. Maar terwijl u uw kerstboom weg deed, plantten onze bomenplanters er maar liefst 24 aan. Reden voor ons om nog eens even uitgebreid kennis te maken met de dennenboom!
“O, dennenboom, o dennenboom, wat zijn uw takken wonderschoon…” luidt de tekst van een echte ‘evergreen’. Maar wie de foto bij dit artikel ziet, valt het wellicht op dat deze boom weinig weg heeft van de kerstboom die u zojuist naar de versnipperaar bracht. Goed gezien! Want daar waar u op het plaatje daadwerkelijk een dennenboom ziet, kocht u begin december bij uw kerstbomenverkoper een heel ander boompje. Uw piek stond waarschijnlijk op een fijnspar (Picea), een Nordmann-spar (Abies) of een zilverspar (Abies).
Echt of niet?
In deze editie van onze bomenserie hebben we het dus over de échte dennenboom, namelijk de Pinus sylvestris. Ok, niet iedereen zal het er mee eens zijn, want in de tijd van het originele liedje “O Tannenbaum” werden alle naaldbomen ‘dennenboom’ genoemd. Daarnaast vallen sparren wel weer onder de grote dennenfamilie, dus het is maar hoe je het bekijkt…
Oorsprong
Het blijft altijd leuk om te zoeken naar de oorsprong van plantennamen. Over de wortels van het woord Pinus, zijn niet alle bronnen het eens. Het Griekse phoinos betekent rood/bruin, wat kan duiden op de kleur van de stam. Wie het liever meer in de Keltische hoek zoekt, komt uit bij het Keltische pin of pen, dat berg of rots betekent. Gezien de plekken waar de boom kan groeien, ook helemaal geen gekke verklaring. Wikipedia denkt de juiste uitleg te vinden in het Proto-Indo-Europese en aan Sanskriet verwante woord voor ‘dik’ en ‘sap’. Wie wel eens tegen een den met afgebroken tak aan gestaan heeft, kent de geurige en vooral ook stroperige en plakkende hars van de boom. Met zijn tweede naam hebben we het eenvoudiger. ‘Sylvestris’ betekent namelijk ‘in het bos groeiend’.
Hout met ingebouwd alarm
De grove den is een wintergroene boom met lange, donkergroene naalden die met z’n tweeën aan de tak zitten. Ook krijgt hij de typische dennenappels van 3 à 4 cm. Deze boomsoort is in Nederland veel aangeplant voor de toenmalige mijnbouw. Het handige hout heeft namelijk een grote draag- en buigkracht en bovendien begint het hout ver van te voren te kraken wanneer het gaat begeven. En als u in de mijn werkt is dat een goed signaal om als de wiedeweerga weg te wezen!
Verder lezen over andere bomen in onze stad? Kijk eens op vlaardingen.nl/bomen.